Spel van de week 14 juli 2020—Egbert Meijer
Over uitkomen en een stokpaardje
Vandaag een eerste bijdrage als nieuwe loot aan het schrijverscollectief 'Spel van de week'. Ik hoop met scherpe analyses zo nu en dan van toegevoegde waarde te kunnen zijn. Ik tref het al direct niet, want de schudmachine had een van zijn weinige milde dagen, geen wilde spellen of extreme distributies deze keer. Je zou bijna denken dat iemand voor deze gelegenheid de spellen weer eens ouderwets met de hand heeft geschud. Maar de "gewone" spellen bepalen meestal wel in hoge mate het resultaat van een wedstrijd, ook al zijn het meestal de wilde spellen waarover wordt nagepraat. Deze keer bijvoorbeeld een aantal 3SA spellen die door bijna iedereen werden geboden, maar met vaak zeer uiteenlopende resultaten.
Op het volgende spel werd door iedereen 3SA geboden na vrijwel hetzelfde biedverloop, een sterke SA gevolgd door een of andere vorm van Stayman. De zwakke-SA-paren zaten kennelijk allemaal in de NZ-richting, een unicum.
Meestal werd er "gewoon" met een klavertje uitgekomen, dit is wat we vroeger allemaal hebben geleerd: tegen SA kom je uit van je langste kleur, althans als die niet door een van de tegenstanders is geboden.
Sinds d.m.v. computerprogramma's uitgebreid de spellen kunnen worden geanalyseerd, is gebleken dat zulke ingesleten vuistregels lang niet altijd opgaan, zoals David Bird in zijn boekje 'Winning notrump leads' aantoont. Zo blijkt het meestal beter om met een korte hoge kleur te starten dan van een 5-kaart laag als de bieding gaat 1SA-3SA. Dummy heeft nooit een 4-kaart hoog en dat doet de balans omslaan in het voordeel van een start in een hoge kleur. Ook na Stayman zoals bij spel 19, want nu heeft leider geen 4-kaart hoog. Het is vaak nog wel afhankelijk van het aantal punten dat we hebben, partner moet wel enige kracht hebben, hoe minder punten we zelf hebben hoe meer kans daarop. Twee spelers zijn met een hoge kleur gestart, eenmaal met A en eenmaal met B. Hadden zij gelijk?
Na analyse met het computerprogramma blijkt dat met deze specifieke hand de start in een hoge kleur iets beter is dan met een kleine klaver! De start met B bleek marginaal beter dan die met A. Is de Noord hand minder sterk, neem bijvoorbeeld de A weg, dan is een start met een hoge kleur superieur. Ook als je slechts een 4-kaart in je lage kleur hebt is een start in een hoge kleur superieur.
Hoe zit het op dit spel? Na een start heeft de leider direkt zijn derde klaveren en kan nu elf slagen maken via 3, 4, 3 en een , zoals meestal het geval was. De start met A zet direkt twee slagen op, waarna er met 3, 4, 2 en 2 ook 11 slagen gemaakt hadden moeten worden. De start met B geeft niets weg en het is nu een stuk moeilijker om tot 11 slagen te komen, helaas is na deze mooie start later de A verzopen.
De laatste tafel mocht ik aantreden tegen onze voorzitter, altijd pikant als je samen een partnership vormt. Sinds we samenspelen bestook ik hem regelmatig met mijn bridgewijsheden en stokpaardjes, al dan niet terecht. Iets waar ik geen voorstander van ben is het openen van 1SA of 2SA met een singleton A of K. Vanwege de introefwaarde is de hand veel sterker dan beloofd als er een fit is, en speelt vaak slecht als er geen fit is. Meestal is de hand ook goed op een andere manier te bieden, maar soms kun je niet anders. Neem het volgende spel.
Je bent veel te sterk om met 1 te openen, als je 2 opent en je biedt een kleur komt de 3e kleur er nooit goed meer uit en partner verwacht meer lengte in je eerste kleur. Als je geen speciale afspraken hebt, zoals Willem Jan en Hedwig, verkopen de meeste spelers hem als een zeer sterke gebalanceerde hand. Zo ook op dit spel, waarna de meeste paren in 3SA terecht kwamen. Maar je hebt een stokpaardje of je hebt hem niet en bovendien geprobeerd om Henk hiervan te overtuigen, dus ik besloot de hand met 1 te openen. Verassend genoeg bood mijn partner preĆ«mptief 3, dat belooft niet zo veel, maar wel 'iets', want we mogen met 18\19 3SA bieden. Zelfs als partner een 5–3–3–2 heeft met slechts Qxxxx (en dat is echt te weinig) heeft 6 nog spel, dus ons biedverloop was kort en krachtig. Het bleek een vrij aardig slam. Zoals het ligt kan het niet down, na de lead speelde ik op een volledige cross-ruff, toen Anneke kon overtroeven had ik alleen nog hoge troeven wederzijds. Ook een troefuitkomst en troef na helpt niet, ik ben dan aangewezen op de schoppen snit, die zit goed.
Ik heb de hand nog door de generator gehaald, na het 3 bod is 6 odds-on, echter het 1 bod komt niet door de keuring. Toch te vaak wordt er gepast en mis je een manche. Dus toch weer 'Lucky-Meijer'?