Spel van de week 8 oktober 2019—Willem jan Maas
De geschiedenis herhaalt zich
Als je veel over bridge schrijft is het onvermijdelijk dat je jezelf van tijd tot tijd herhaalt. Zeker als er onderwerpen zijn die je na aan het hart liggen. Regelmatige lezers van deze rubriek weten bijvoorbeeld dat ik het heel belangrijk vind om zeer nauwgezet uit te leggen als om betekenis van biedingen wordt gevraagd.
Jammer genoeg dragen de spelregels bij aan het feit dat dit niet altijd gebeurt. Wat is er namelijk aan de hand? Volgens de spelregels heb je bij uitleg recht op de betekenis volgens afspraak, kortom als de bieder zich vergist, maar de uitleg is correct, is er geen recht op compensatie als de vragende partij benadeeld is. Heel eenduidig en rechtlijnig zul je denken, hier kan niets mis gaan.
Toch is hier nog wel meer over te zeggen, want het is heel menselijk, om, als je partner iets uitlegt wat volgens jou niet klopt, iets te denken als "o jee, ik ben blijkbaar een afspraak vergeten" en het daarbij te laten. Ik vind dat niet goed. Als mij dat overkomt (Hedwig legt iets uit wat niet strookt met mijn hand en mijn bieding) zeg ik altijd iets van "volgens mij klopt dit niet". Alleen als ik heel zeker weet dat ik me vergist heb of dat ik bewust van het systeem ben afgeweken laat ik het voorbij gaan.
Roomser dan de Paus? Misschien, maar ik vind dat je actief met open vizier moet strijden. Nogmaals, volgens de spelregels hoef je dit niet te doen als de uitleg correct is, maar je mag je niet "verschuilen" achter een misschien bestaande "afspraak". En laten we even wel wezen, een afspraak is het pas als beide spelers het eens zijn, niet als jij vindt dat het zo moet zijn maar partner er anders over denkt of hier geen idee van heeft.
Een voorbeeld?
Stel je hebt VB82 AH74 V3 AH10 en er wordt rechts van je 2 (zwak vanaf een vijfkaart) geopend. Je volgt 2SA (17–19). Partner biedt 3, jij biedt 3 en partner biedt 4. Er wordt nu links en rechts iets gevraagd en je partner legt 3 uit als een vijfkaart. Het hele spel:
West komt uit met 9, Oost pakt de Aas, geeft partner een introeven en partner vervolgt ruiten voor de Aas van Oost. Oost weet nu zeker dat schoppen na geen zin meer heeft (partner heeft immers geen troeven meer) en het contract gaat 1 down. Niet zo heel belangrijk in een viertallenwedstrijd, maar als de eerste reactie van Zuid is "goh, spelen we hier Niemeijer?" Dan mag het duidelijk zijn dat ik vind dat Zuid iets had moeten zeggen als "volgens mij kan 3 ook een vierkaart zijn". Overigens liep het goed af, want ik speelde gewoon wel een derde schoppen, dus het contract ging twee down.
Maar ja, dat was niet het enige moment waarop de geschiedenis zich herhaalde. Traditiegetrouw zijn Hedwig en ik de interne viertallencompetitie zeer slecht begonnen. Een aardig, maar onsuccesvol, spel vond ik spel 7.
Zowel bij ons als aan de andere tafel was het contract 4. Dat is niet zo'n best contract, omdat je de hartens voor 1 verliezer moet doen. Dat lukt niet vaak. Bij ons zat het contract in Noord en kwam ik een klavertje uit. De leider had nu eigenlijk geen andere keus dan op enig moment een hartje uit de hand te spelen en dat liep zoals we kunnen zien uitstekend af. Aan de andere tafel speelden NZ EKAS (versie 1972) en kwam het contract (door een zwakke SA opening in Zuid) via Stayman in de Zuid hand terecht. Hiertegen kwam West uit met een kleine troef. Nu ziet het leven er ineens heel anders uit. Los van allerlei zitsels waarbij je het niet kunt maken gaat het nu om de afweging of West uitkomt van 3 kleintjes of A derde.
Op het eerste gezicht lijkt dat een gok, maar een simulatie leert dat Axx ongeveer drie keer zo vaak voorkomt als drie kleintjes. Nu kun je aan tafel niet simuleren dus moet je ook proberen het te begrijpen.
Je kunt dit gelukkig vrij makkelijk begrijpen als je je realiseert dat er drie V kleinen zijn (de vrouw met een van de drie kleintjes) tegen één AV sec. Het is dus goed om in de dummy de B te leggen (wint bij een uitkomst van Axx) en geen kleintje, want namelijk alleen maar winnend bij AV sec.
Nu wil het geval dat Bas dinsdag speelde met Ronald Kalf, bij een aantal ouderen van u wellicht bekend. Ronald speelde medio jaren zeventig al eerste divisie (overgangsklasse, in het team van Bas), maar volgde in 1976 zijn hart en vertrok naar Duitsland, heeft toen lange tijd geen kaart meer aangeraakt, maar is sinds zijn pensioen weer actief aan de bridgetafel.
Deze week deed hij een trip naar memory lane, en bezocht Delft weer eens. Uiteraard werd hij uitgenodigd om te spelen en hij bewees met dit spel dat hij het nog niet verleerd is. Uiteindelijk kostte het 12 dat Ronald wist dat je de B moet leggen, maar hij kan troost putten uit het feit dat hij het wel "goed" gedaan heeft.