Sterke één -- 9 november 2010 -- Jos van Kan
Al ontbreekt de kracht, toch is de wil te prijzen
Horatius (wie anders?)
Het was alweer de laatste avond van de Butler en uw razende reporter kon zich maar net handhaven na een catastrofale 3e zitting (-33). Gelukkig viel Geert van Dort een keer voor mij in (+24) waardoor we de fatale rode streep net onder ons konden laten.
Zwakke één
Paul opent vaak licht op spellen met goede speelkracht. Spel 1 was een extreem voorbeeld.
|
West | Noord | Oost | Zuid |
Ger Clemens | Paul van Raaij | Henk den Boer | Jos van Kan |
-- | 1 | dbl | rdbl |
1 | 31 | pas | 3SA |
pas | 4 | pas | 4SA |
einde | |||
1. niet zo sterke 5-5 |
Het bieden tot en met 4 spreekt min of meer voor zich en als die suffe Henk nou gewoon dubbel zegt met zijn 4 topslagen had ik geen probleem gehad, net als het andere paar dat 510 mocht noteren in 4X C. De laffe pad paste echter en ik kon geen afscheid nemen van de hand. Ik verwachtte zoiets als Kxxxxx AKxxx in de minors bij maat en als hij dat heeft is 5 alleen maar gemaakt als hij 2-0 in de majors heeft. (Het betreffende A zal wel goed zitten) Ik bood daarom 4SA, in de verwachting dat 5 er niet in zou zitten (klopt) en 4SA alleen zou afhangen van het goed zitten van V (klopt niet helemaal).
Wat leren we hieruit? Nou, allereerst, dat je niet zoveel moet denken want uiteraard was 4SA met deze N-hand volkomen kansloos en toen V ook nog fout zat kon ik net 6 slagen bij elkaar grabbelen. Maar 5 was helemaal niet kansloos! Maar liefst 4 paren in de A-lijn boden 5 allemaal gedubbeld en het moet toch een teleurstelling voor de twee Oostspelers zijn geweest die dit contract zomaar lieten halen. Troef A uit lijkt mij een goed begin en dan? Spelers die altijd hun distributie signaleren zijn nu het best af: op H kan W een oneven aantal signaleren, waarna het niet meer fout kan. Anders lijkt het me een lastig probleem: OW hebben natuurlijk fors opgeboden in , dus is de vraag voor O heeft W een zeskaart of een vierkaart ?
Sterke één
Hij heeft ook wel eens een echte opening, zoals op spel 7.
|
West | Noord | Oost | Zuid |
Bas van der Hoek | Paul van Raaij | Robbert Aeyelts Averink | Jos van Kan |
-- | -- | -- | pas |
pas | 1 | pas | 2 |
pas | 2SA1 | pas | 32 |
pas | 43 | pas | 4 |
einde | |||
1. try met 2e kleur of 16-18 balanced 2. geen interesse 3. echt, slampoging |
710 en -7 imp. Achteraf vond Paul, dat hij over 4 nog wat had moeten doen, ik had ook 4 (last train) kunnen bieden, maar ik kon me werkelijk niet voorstellen dat mijn anderhalve cover card genoeg zou zijn voor slam. (V is een bewezen waarde. maar H natuurlijk niet). Ik vind eigenlijk, dat je handen als de N hand moet beginnen met 2, want in de OT (optimistische telling) heb je 3 losers. Eén reden daarvoor is, dat je niet meer nodig hebt dan een fitje in een van je twee vijfkaarten voor de manche en dat partner op 1 gaat passen met xxx xxx xxx xxxx, waar je gewoon 10 slagen opraapt als beide kleuren 3-2 vallen. En met Qxx xxx xxx xxxx of xxx xxx Qxx xxxx past hij natuurlijk ook en dan is het dood 4.
De theorie achter de 1 opening op dit soort handen is, dat als je de eerste biedronde overleeft je in business bent. Maar je ziet dat dat niet waar is, je kunt deze enorme speelkracht niet meer vertellen.
Na een 2 opening zijn je problemen natuurlijk niet over, maar gelukkig zit daar bij ons niet de zwakke variant met beide hoge kleuren in, zodat 2-2-2 tenminste semiforcing met is in een tweekleurenspel of mancheforcing met in een eenkleurenspel. Dan kan de zwakke hand aangeven waar zijn kracht ligt (3-3-3) en dan zul je geen slam meer missen.
In de A-lijn boden 4 van de 7 paren dit slam en één paar bleef in 2 steken. (?? Sterke 2 aangezien voor zwakke 2?) In de B-lijn werd dit slam slechts tweemaal geboden en beide paren promoveren dan ook.
Henk en Ger winnen afgetekend deze Butler competitie. Uit de B-lijn promoveren the usual suspects: Harry en Rudy met het onwaarschijnlijke gemiddelde van 34 imp, Jos en Max, Kees en Fred en tenslotte Jan en Toine.